30-06-2010

Zondag 2 mei: Panoramaroute Bourke's Luck Potholes

Na een regenachtige nacht, was het droog toen we om 9 uur het hotel verlieten om de Panoramaroute te rijden. We reden echter vanuit het stadje de heuvels nog niet in of we werden zo ongeveer omsloten door de lage wolken. Bij God's Window was er nog slechts zicht op een muur van grauwe mist. Toch waren er hier en daar ook openingen in het wolkendek, die een belofte voor betere tijden inhielden.
We reden daarom maar door in de hoop dat we het later op de dag beter zouden treffen.

Het duurde inderdaad niet lang voordat de zon eerst aarzelend, maar steeds overtuigender tussen de wolken door, het landschap ging kleuren.


Over de vrijwel verlaten weg reden we over hoogvlakten met hoge grassen en kruiden, verspreide bomen en her en der aaneengesloten bospercelen. Geen bewoning, puur natuur. Misschien dankzij het sombere ochtendweer was het bij Bourke's Luck Potholes rustig op deze vroege zondagmorgen, terwijl het inmiddels heerlijk zonnig en aangenaam warm was geworden. Het was dan ook prettig struinen over de rotsen en bij het water, genietend van dit dynamische en kleurige landschap. En veel fotograferen natuurlijk.



                                                                                        
  
Voor we van de Potholes verder reden, heb ik hier een "safarihoed" gekocht, waarvan ik nog veel plezier zou hebben.

29-06-2010

Panoramaroute: Blyde River Canyon

We vervolgden onze weg naar de canyon en passeerden enkele dorpjes. Bij het eerstvolgende panoramapunt liepen verschillende paden naar de rand van deze hoogte.


Het was hier nu, bij het begin van  de winter, nog steeds prachtig, maar in de bloei-seizoenen moet het hier een
lust voor het oog zijn.

Van verschillende uitzichtpunten had je een mooi overzicht over de canyon


richting het zuiden:

naar het noorden zag je al het grote stuwmeer in de verte:

Toen we verder in die richting liepen, was dat werkelijk adembenemend


28-06-2010

Panoramaroute: Three Rondavels

Het uitzichtpunt bij de Three Rondavels was niet zoveel verder. Van foto's in reisgidsen krijg je wel een indruk van wat er te zien is, maar geen foto doet recht aan onze beleving van toen: het spectaculaire uitzicht, de kleuren onder het wisselende licht van de nog steeds bewolkte hemel, wat soms een bijna mystieke sfeer met zich meebracht; de bergtoppen in de verte, die soms weer schuilgingen in de wolken en de weerspiegeling van de lucht in meer bij de Blydepoort Dam. Ook onze foto's zijn maar een vlakke impressie, maar beter kunnen we het niet vertellen.



 


Van dit punt kun je verder doorrijden naar World's End, het meer, naar de rivier en andere mooie en interessante plaatsen. Maar omdat we nog graag naar God's Window wilden, besloten we van hier rechtsomkeerd te maken. Echter niet voordat we wat leuke schaaltjes en ander houtsnijwerk bij de stalletjes op de parkeerplaats hadden gekocht. Niet alles is zelf gemaakt, laat staan uniek; veel snuisterijen hebben we overal waar we kwamen, aangetroffen. Maar er zijn wel degelijk dingen die eruit springen en dan is het houtsnijwerk hier in het noorden beslist beter (fijner afgewerkt) dan wat we bijvoorbeeld in Zululand hebben gezien.

27-06-2010

Panoramaroute: God's Window

Onderweg hebben we nog een tussenstop gemaakt bij Berlin Falls, een waterval die zich zo'n 45m. naar beneden stort in een donkergroen meertje. Een slagboom biedt toegang tot een gloednieuwe parkeerplaats en de even nieuwe handicraft stalletjes, maar er was verder geen kip en we hadden zonder betalen toegang. Een verhard pad loopt een stuk naar beneden naar een soort platform, waardoor je vrij dichtbij de waterval kunt komen.


Na de mist en wolken van de ochtend was God's Window nu een openbaring, in meer dan één opzicht.

Niet alleen hadden we vanaf deze hoogte een fantastisch uitzicht op de diepe ravijnen en het zo'n 900m lager gelegen Lowveld, maar hier liep je van het hoogland met z'n kenmerkende vegetatie

een compleet "nat woud" in, een dicht bos met een even dichte begroeiïng van varens en mossen en wat al niet meer, gevoed door riviertjes en watervallen. Het voelde er vochtig en warm, het rook er vochtig en warm. Het is daardoor ook een vogelrijke omgeving. Overal hoorde je getjilp en gekwetter, maar het is niet zo gemakkelijk om ze goed in de lens te krijgen. 

vogels herleid tot, boven: Red winged starling, ofwel in het ZA: Rooivlerkspreeu.
onder: Knysna Lourie en Double collared sunbird.
Het was rond een uur of vier toen we deze vochtige omgeving en de adembenemende vergezichten weer achter ons lieten. De zon begon al te zakken en met de gedeeltelijke wolkenluchten zorgde dat weer voor prachtige lichteffecten. 

's Avonds hebben we heel gezellig en lekker gegeten in een Portugees/Mozambikaans eettentje schuin tegenover ons hotel. Deze avond was het rustig op straat en we hebben heerlijk geslapen.

26-06-2010

Maandag 3 mei: naar Kruger Park

Voor we Graskop zouden verlaten, wilden we nog even in het stadje rondkijken, omdat er mooie kunstnijverheidwinkels zijn. Bovendien moesten we geld pinnen en wilden we wat water en snacks kopen voor onderweg en in het Krugerpark.
De zijdeweverij en -winkel, die ik daags tevoren al had gezien, was nu geopend en in vol bedrijf. Er wordt gesponnen, geweven en genaaid. Ze maken er prachtige sprei's en ander beddengoed, gordijnen, kussenhoezen, maar ook kleding en schitterende sjaals. De zijde wordt niet alleen van de cocons van gekweekte, maar ook van wilde rupsen gesponnen, en zowel fijn geweven (vergelijk de Indiase zijde) als los. Geweldige kleuren. Ik heb er een prachtige sjaal gekocht en mocht wat foto's nemen.














De silkfarm bevindt zich niet ver van Graskop op weg naar Hazyview, maar de tijd om deze te bezoeken gunden we ons niet meer, omdat we niet te laat in het Krugerpark wilden aankomen.


Na onze inkopen verlieten we Graskop. Het is een prima verblijfplaats en ligt heel centraal voor allerlei bezienswaardigheden in de regio. Wie weet komen we hier nog eens terug.
Via de Kowyn Pass en door uitgestrekte eucalyptusbossen daalden we af naar de Lowveld. In Hazyview hebben we een tussenstop gemaakt bij een groot modern winkelcentrum, omdat we nog moesten pinnen (in Graskop hadden er eindeloze rijen gestaan: payday) en een kopje koffie wilden drinken. Ook hebben we daar nog geprobeerd een sim-kaart voor Zuid-Afrika te kopen. De wetgeving schijnt echter onlangs veranderd te zijn, waardoor het voor niet-ingezetenen zonder een vast adres lastig of onmogelijk is om zo'n kaart te activeren.
De weg van Hazyview naar Krugerpark is nog een heel stukje rijden en voert langs veel dorpjes. Dat betekent veel mensen op de weg, dus niet snel rijden. We hadden geen haast en deden veel nieuwe indrukken op. Bij de Kruger Gate was het niet druk, zodat we onze weg al snel konden vervolgen. Langzaam nu, want we hoopten wild te zien. Daarin werden we niet teleurgesteld. Helemaal blij waren we met onze eerste impala's, nog onwetend dat je deze altijd en overal kunt tegenkomen.
Dat doet echter niets af aan hun schoonheid en elegantie. Vervet monkeys en veel verschillende, soms heel kleurige vogels, leuk!
Maar we werden natuurlijk wel echt enthousiast toen een stel olifanten op hun dooie gemak de weg overstak. Steeds als je dacht dat de hele groep wel aan de overkant zou zijn, kwam er weer een nieuwe van rechts uit de bosjes.



Het was echter wel even schrikken toen er dichterbij van links uit het struikgewas nog een opgewonden exemplaar toeterend en zwaaiend met de oren op ons af kwam rennen. Snel in z'n achteruit afstand nemen!  Een bewogen moment:


Voor het laatste stuk naar de Rhino Post verlieten we de asfaltweg (tar road). Hier en daar was het op de "dirt road" wat manouvreren om geulen en bobbels te vermijden, maar het was goed te doen met onze auto. We zouden hem echter bij de Post moeten achterlaten en voor het vervolg naar ons kamp met de safari 4WD meegaan, nog ruim een kwartier verder de bush in.
Op Rhino Walking Safaris Post zijn de luxe lodges en ook de centrale administratie. Als je hier verblijft ga je 's ochtends en 's avonds mee met gamedrives. Vanuit het plainscamp worden vooral wandelsafari's gemaakt, afgewisseld met gamedrives, afhankelijk van de omstandigheden en de gasten. Veel gasten van Rhino kiezen voor een gecombineerd verblijf van 2 nachten lodge en 2 nachten tentenkamp. Je kunt zelfs nog een nacht naar het veldkamp.
Wij zouden 4 nachten in het tentenkamp verblijven en kwamen deze eerste dag samen met een Amerikaans stel aan. We werden welkom geheten door ranger M. en naar onze tenten gebracht met de boodschap dat we op tijd waren om deze middag na de thee met de gamedrive mee te gaan, als we ons snel installeerden. Om een uur of drie is er voorafgaand aan de avondactiviteit altijd een Engels theebuffet met een vleugje safari van allerlei hartige en zoete hapjes. We maakten kennis met de enige andere gasten, een pas getrouwd Engels stel, en bij de auto ook met J., de assistent ranger.
Het is niet zo dat je in  het Kruger een blik wild naar wens kunt opentrekken; er zijn bezoekers die geen van de Big 5 te zien krijgen. Wij zouden niet alleen deze avond, maar ook de volgende avonden steeds met de auto op pad gaan (in overleg), omdat de regentijd dit jaar laat, tot ver in april, was gevallen, waardoor het wild erg verspreid was. Het zou voor ons ook lang duren voor we groot wild ontmoetten, we hebben ver gereden. Toch was de opening wel spectaculair: twee servals die elkaar achterna zaten in het gras. Prachtig gezicht! Volgens M. zie je deze katten niet vaak overdag, in ons geval was er waarschijnlijk sprake van paringsdrift. Ook zagen we weer vervet monkeys evenals een groep bavianen, die doodgemoedereerd op en langs de weg rondhingen




















Overigens kun je van het landschap in de ondergaande zon alleen al genieten. We zagen zebra's en gnoes (wildebeesten), die vaak samen grazen: eerst de zebra's voor het lange gras en de gnoes erachter aan, omdat deze alleen korte grassen eten. We maakten kennis met onze eerste koedoes.







Voor de zon helemaal zou ondergaan, stopten we op een grote open plek voor een pauze. Dat gaat dan zo: op de grill zit een extra rek dat uitgeklapt wordt en als bar dienst doet. J. toverde uit zijn rugzakje blikjes met nootjes, gedroogde mango, billtong e.d. en M. kwam met de koelbox met frisdrank, bier en wijn. En daar sta je dan met elkaar te genieten onder de oranje kleurende Afrikaanse hemel!
Het donker treedt snel in en dan wordt het koud. Een fleece trui en winddicht jack en zelfs een sjaal zijn in een rijdende open auto beslist geen overbodige luxe. We kregen zelfs allemaal een fleece poncho als extra en deze deden iedere avond goed dienst.
Met schijnwerpers aan verder. Bij een van de looproads niet ver van het Rhino gebied vonden de rangers uiteindelijk een enorme kudde buffels: het zouden er honderden zijn volgens M. In ieder geval heel indrukwekkend. En het verdere zoeken werd beloond: ook een leeuwin had de kudde ontdekt en lag verderop op het wegdek te hopen dat een soortgenoot op haar roep zou afkomen om samen op jacht te gaan. Als dat al is gelukt, hebben wij het niet meer meegemaakt. M. reed heel stil tot naast haar op de weg, ze bleef rustig liggen en wij hebben haar een tijdlang geobserveerd totdat de gewaarschuwde collega's van de Post kwamen en wij weer verder gingen. Op verzoek van de rangers hebben we niet geflitst, dus geen fraaie foto's. De rust van de dieren staat bij hen hoog aangeschreven en terecht. Verderop ontwaarde M. ook nog neushoorns, maar die waren best ver van ons verwijderd. Knappe actie, maar ja, daar ben je ranger voor.
Wij hadden een geweldige dag gehad en bovendien al 4 van de Big 5 gezien: olifanten, buffels, een leeuwin en neushoorns! Die laatsten meer for the record, zo op afstand. Als toegift kregen we nog een kameleon op een boomtak vlakbij in de schijnwerpers, net zo mooi wat mij betreft.
Bij terugkomst in het kamp werden we opgewacht door het personeel en kregen we een zaklamp mee voor naar de tent, waar de olielampen brandden, want electriciteit zou er in de tenten niet zijn tijdens ons verblijf. Het was soms wat behelpen, maar we vonden het er ook wel bij horen, beetje avontuurlijk.
Er had zich trouwens een klein ongemak voorgedaan: de waterpomp van het kamp had het begeven. Dat betekende dat we ons moesten behelpen met de grote flessen water die waren klaargezet. Een beetje opgefrist schoven we bij het kampvuur aan voordat we met elkaar aan tafel gingen. Daar bood M. ons de gelegenheid om naar het veldkamp te rijden om daar van de douches en toiletgelegenheid gebruik te maken.
Dat is dan wel een veldkamp waar je (op hoge vlonders) onder de blote hemel kunt slapen, maar dan wel met comfort!
We sloten ons bij de meerderheid aan en zo zagen we het veldkamp ook nog even, maar meer nog: een hyena en op de terugweg een jonge (ca. 15 jaar) mannetjesolifant die op ons af kwam lopen op het weggetje naar het kamp. Het zijn dikwijls de jonge mannetjes die je solitair tegenkomt. Op deze leeftijd worden ze uit de kudde verstoten om hun eigen leven te gaan inrichten. Dan zijn ze gevaarlijk. Maar M. wachtte zijn komst rustig af en gaf toen een flinke brul met de motor. Wij vertrouwden maar op onze ranger en terecht: het maakte voldoende indruk om de jongeman van de weg af te bewegen, zodat we weer vooruit konden. Alsof het niet op kon, kruiste ons pad opnieuw een serval en een paar zwijnen.
Veel beleefd dus en daarna heerlijk geslapen in uitstekende bedden. De volgende ochtend zouden we om half 6 gewekt worden door J.

Schedels van neushoorns naast het terras in het Rhinokamp. Zonder hoorns. Deze worden verwijderd, omdat ze anders in korte tijd zouden vergaan. De hoorns zijn nl. niet van botmateriaal, zoals wij dachten, maar van haar.